Een eigenaar van één van de woningen, die achter deze puinhopen dreigde te verdwijnen, kwam opgewonden vragen hoe lang 'mijnheer' van plan was om hem zijn vrije uitzicht te benemen. Toen hij van mij te horen kreeg dat dat zou afhangen van het simpele feit of ik mij binnen drie weken dan wel binnen drie jaar voldoende geïnspireerd zou voelen om dit materiaal naar behoren te verwerken, rende de man wanhopig, handenwringend, zijn keurig nette woning weer binnen.
Onverstoorbaar ordende ik, korte tijd later, al het puin à l'improvise tot fraaie wandelpaden en liet als souvenier een steen - de steen des aanstoods - achter mij, in een 'kleurig' geordend gedeelte van de wilde tuin, duidelijk zichbaar, liggen.