|
-
"complexiteit als hoogste doel", deel 2 van 2
|
Tweede deel
van een artikel in 2 delen van Peter
Veenstra dat in 2002 in het 2e nummer van TOPOS,
een periodiek van het laboratorium voor Ruimtelijke Planvorming van
de Wageningen Universiteit.
Lees ook het eerste deel.
|
Prachtig Proces
Bij mijn eerste bezoek aan de Ecokathedraal kreeg ik een gevoel van
tijdloosheid. Op het eerste gezicht doen de bouwsels denken aan die van
uitgestorven beschavingen, half overgroeid door de natuur. Als je
beter kijkt zie je dat deze zijn opgebouwd uit 30x30-tegels, klinkers,
parkeerpaaltjes, putdeksels en trottoirbanden. Aan het uiterlijk van
de tuin is geen leeftijd te ontlenen. Als je over de kleine paadjes
door het gebied heen loopt, zie je oude en nieuwe elementen naast
elkaar en door elkaar heen liggen. Nieuwe elementen zijn opgebouwd uit
oud materiaal. Het is mooi om te zien hoe de natuur en de bebouwing
nauw met elkaar verbonden zijn. Soms zijn terrassen zorgvuldig om
(oudere) bomen heen gebouwd. Op andere plekken hebben de steenmassa’s
juist weer voor een open plek in het bos gezorgd, waar zonminnende
bloemen uitbundig bloeien.
Als ik wat beplanting opzij veeg, zie ik op de grond een scherf van
een grafsteen liggen, waar het woord “rustplaats” is uitgebeiteld. Dat
voor een plaats die zijn naam draagt omdat er bijna elke dag aan
gewerkt wordt! Zijn voortbestaan is te danken aan de tomeloze energie
en het voortdurende ingrijpen van zijn bedenker. “Wat kan
één mens?” vroeg Louis le Roy zich af: verbazend
veel..
Ik zal proberen een wat meer technische beschrijving van het geheel
te geven, al is dat niet geheel in de geest van Le Roy. In de bouwsels
zou je vijf hoofdvormen kunnen onderscheiden: torens, terrassen,
“plantenbakken”, paden en (ongeordende) stapels. Er zijn in het
terrein allerlei tussenvormen te vinden, en veel vormen lopen in
elkaar over.
Door de natuurlijke bouwmethode (geen machines en gereedschap) en het
eenduidige materiaal (restmateriaal van stratenmakers) vertonen de
gebouwde elementen in opbouw veel gelijkenis. Alle elementen vertonen
een sterke horizontale gelaagdheid. Ze zijn allemaal massief, je kunt
nergens in of onder. Geen enkele muur loop recht: de bouwsels lopen
taps toe naar boven zodat het geheel niet omvalt; hij gebruikt geen
cement. Doordat hij geen cement gebruikt, geeft hij beplanting kans de
bouwwerken weer te veroveren. De torens werken als een
waterzuiveringsinstallatie, doordat de voegen vol worden gezogen met
water, waar het door het aanwezige kalk wordt geneutraliseerd. In de
lengte zijn de muren ook niet recht: omdat ze niet van te voren zijn
uitgezet, maar op het oog zijn gebouwd, vertonen ze fraaie subtiele
welvingen.
Ook al is er voor het landgoed geen ontwerp in de traditionele zin
gemaakt, het lijkt ontworpen te zijn in de landschapsstijl. Op mooie
wijze is er een rondgang gesitueerd, van waaruit de mooiste bouwwerken
één voor één te zien zijn. Langs deze
weg konden vrachtwagens het terrein op rijden om hun vracht stenen
ergens naast het pad te storten. Le Roy heeft deze steenhopen ter
plekke omgebouwd. Door het ontstane hoogteverschil is de scheiding
met de naburige percelen uit het zicht onttrokken, waardoor het
landgoed veel groter lijkt dan het echt is. Naast de rondweg is
er een fijn netwerk van paadjes en terrassen, waar je de bouwwerken
meer kunt “beleven”. Je kunt overal opklimmen, tussendoor lopen en
overal heb je wel een muurtje waar je even op kunt gaan zitten, om van
de complexiteit te genieten.
Toch is het niet de bedoeling van Le Roy mooie dingen te maken. Hij
is geïnteresseerd in het proces wat zich in de Ecokathedraal
afspeelt en niet het eindproduct. Sterker nog, de Ecokathedraal
ìs een proces. En “dan kan er van esthetische waardering
-die alleen een oordeel mogelijk maakt over concrete eindproducten -
geen sprake meer zijn!”
De Glascollectie
Het woonhuis van Le Roy staat vol met boeken die hij stuk voor stuk
gelezen heeft. Waar geen boeken staan, staan schitterende collages van
gekleurd glaswerk. Door op de rommelmarkt gekocht glaswerk (vazen,
bekers, siervoorwerpen en schaaltjes) in elkaar te passen, te
stapelen en naast elkaar te zetten, laat hij complexe vormen ontstaan.
Uit simpele voorwerpen is zo een samenhangende compositie ontstaan van
elementen, die precies in elkaar passen en elkaar onderling met hun
lichtbreking beïnvloeden.
Ook dit is een prachtig, esthetisch resultaat van iemand die, met als
hoogste doel een groeiende complexiteit en vrijheid, een theoretische
overtuiging probeert vorm te geven. De actuele filosofie, die zo direct
en krachtig gekoppeld is aan een vorm, zet recente projecten in de
stedenbouw en architectuur met een aanverwante filosofie in de
schaduw.
Kunstwerken
Toch is het niet helemaal eerlijk de vergelijking met stedenbouw en
architectuur te trekken. Diverse malen heeft Le Roy zich met zijn
projecten in het publieke domein begeven, maar deze bleken niet
bestand tegen de heersende regels en politiek. Wel geslaagde projecten
zijn de ecokathedraal en de glascomposities, beide voorbeelden van
het werk van één man, die relatief geïsoleerd van
de buitenwereld gemaakt zijn, en geen directe functie hebben. Ondanks
Le Roy’s vele verwijzingen naar architectuur en uitgebreide kritiek
naar de huidige stedenbouw blijven zijn meest geslaagde projecten
kunstwerken.
Dat functionaliteit moeilijk valt te integreren met zijn denkbeelden,
is goed te zien aan het (door Le Roy zelf gebouwde) atelier midden op
het landgoed in Mildam. Op het hele landgoed is dit het enige element
met een duidelijk aanwijsbare functie en ook het enige element wat
zich lijkt te onttrekken aan de voortdurende verandering. Het atelier
is weliswaar fraai omgeven door het omringende samenspel van natuur
en cultuur, het is ook een voltooid resultaat. Maar wie weet, wordt
er in de toekomst nog een laag overheen gebouwd
Tijd
Zal de tijd ooit vrij worden gegeven? Zal het ooit mogelijk zijn om
samen te bouwen aan onze eigen vrijheid? De tijd zal het leren. En de
tijd is aan onze zijde! Le Roy heeft namelijk de “Stichting Tijd” in
het leven geroepen. Enthousiast vertelt hij hoe na zijn dood zijn
woning als studiehuis voor de stichting zal fungeren. Een tweede
erfenis zal de eco-kathedraal zijn. De stichting zal er voor moeten
zorgen dat dit land-goed tenminste tot het jaar 3000 zal worden
uitgebreid in oppervlakte, volume en hoogte. Er zijn plannen om de
ecokathedraal te laten uitgroeien tot een ecologische ruggengraat van
Heerenveen. In Le Roy’s fantasie kan deze structuur plaatselijk 200
meter hoog worden en kan hij plaats gaan bieden aan woningen. De
stichting gaat ook zorg dragen over het geestelijk erfgoed van Le Roy:
het gaat initiatieven stimuleren waarin het thema tijd aan de orde
komt. Dit kunnen concrete projecten zijn of studies. Iedereen is
uitgenodigd om lid te worden van deze stichting.
|
|
fotografie: Peter Veenstra
|